Nepnieuws is misleidende en onjuiste informatie, die wordt verspreid om geld te verdienen of om de publieke opinie te beïnvloeden. Het is een vorm van desinformatie. Desinformatie en nepnieuws kunnen vele vormen hebben: een nieuwsbericht op het internet, een video op sociale media of een plaatje in een appgroep.
Nepnieuws, fake berichten en hoaxes bestaan al heel lang, maar de verspreiding ervan gaat sinds de opkomst van sociale media razendsnel. Iedereen kan tegenwoordig content plaatsen op internet. Daardoor lijken de grenzen tussen nieuws, nepnieuws en advertenties te vervagen. Het wordt steeds moeilijker om het verschil te zien en een gefundeerde mening te vormen.
Waarom maken mensen eigenlijk nepnieuws? Hoe herken je nepnieuws? En welke rol speel je zelf in de verspreiding?
Wil je je kennis over nepnieuws op een laagdrempelige manier vergroten?
Waarom maken mensen nepnieuws?
In Nederland wordt vooral nepnieuws verspreid om geld te verdienen. Hoe meer mensen op een artikel klikken, hoe meer geld de makers krijgen vanwege de getoonde advertenties. En een pakkende, sensationele kop levert vaak veel kliks op. En dus veel geld. We noemen dit clickbait. Ook maken mensen bewust nepnieuws om meningen te beïnvloeden, bijvoorbeeld in de aanloop naar verkiezingen.
Het grote publiek maakte in 2016, tijdens de presidentsverkiezingen in Amerika tussen Donald Trump en Hillary Clinton, kennis met nepnieuws. Rondom de verkiezingen werden bewust en op grote schaal nepberichten verspreid via – met name – socialemediaplatformen als Facebook en Twitter. Sindsdien is er een wapenwedloop gaande tussen de makers van nepnieuws en techbedrijven, die met allerlei maatregelen de verspreiding van nepnieuws proberen tegen te gaan.
Online nepberichten kunnen verstrekkende gevolgen hebben. Ook in de offline wereld. Zo leidde nepnieuws over ‘de prominente rol van Hillary Clinton in een pedofielennetwerk’ tot een schietpartij in een pizzeria. Ook speelde nepnieuws een belangrijke rol bij de gewelddadige bestorming van het Capitool in Washington, in de nasleep van de Amerikaanse presidentsverkiezingen van 2020.
Ook in Nederland
Ook in Nederland is nepnieuws ingezet om de publieke opinie te beïnvloeden. In 2020 ontdekten onderzoekers hoe een Indonesisch botleger in het Nederlands desinformatie verspreidde via Twitter, Facebook en YouTube over de onafhankelijkheidsstrijd van West-Papoea.
In 2021, middenin de coronapandemie, verspreidde een zogenaamd ’trollenleger’ maandenlang nepnieuws over de pandemie in Nederland. Ook hier zorgden online berichten voor bedreigingen in de ‘echte’ wereld. ‘”GGD’s, politici en prominente artsen worden door de leden van dit trollenleger online, maar ook fysiek lastiggevallen”, schreven journalisten van Pointer.
Waarom geloven we nepnieuws?
Door de vluchtigheid van sociale media is het niet altijd gemakkelijk om kritisch te kijken naar informatie. Als we een bericht zien hebben we daar gelijk onbewust een oordeel over. We zien gelijk of het interessant is. En ook oordelen we snel of iets waar is of niet.
Door dit onbewuste oordelen, trappen we sneller in een nepbericht dat onze mening bevestigt (dat heet confirmation bias). Ook denken we eerder dat iets waar is, als veel mensen het leuk vinden of delen.
Makers en verspreiders van nepnieuws spelen hier slim op in. Ze bevestigen bestaande meningen en vooroordelen en zetten nepaccounts in om hun berichten extra populair te laten lijken. Ze gebruiken allerlei psychologische technieken om lezers te proberen te overtuigen.
Het herkennen van deze technieken en het kritisch beoordelen van informatie zijn belangrijke mediawijze vaardigheden.
Wat is het gevaar van nepnieuws?
Als we onwaarheden als waarheid aannemen, is het erg moeilijk om een gefundeerde mening te vormen.
De Britse wetenschapper David Buckingham zegt hierover: “Het democratische politieke proces is volledig gebaseerd op het verspreiden van betrouwbare informatie. Als dat wegvalt, kunnen burgers bijna onmogelijk politieke beslissingen nemen.”
Hiernaast kan nepnieuws ook onrust veroorzaken in de maatschappij. Een belangrijke tactiek van nepnieuwsmakers is polarisatie: ze zetten mensen tegen elkaar op. Ze kiezen voor extremere onderwerpen en spelen in op emoties, zoals angst voor vreemdelingen of het onbekende. Daarmee hebben ze invloed op de publieke opinie en hoe er tegen bepaalde mensen in de maatschappij wordt aangekeken.
Het wordt gemakkelijker om nepnieuws te maken en lastiger om nepnieuws te herkennen. Technieken om beeld en geluid te manipuleren worden snel beter, goedkoper en lastiger te detecteren. Ook wordt het gemakkelijker om nepnieuws te verspreiden, met behulp van bijvoorbeeld bots en trollenlegers. Dit vraagt om grotere weerbaarheid van burgers.
» Lees in het dossier Deepfake hoe het verschil tussen echt en nep steeds moeilijker te zien is, met de introductie van zogeheten deepfakes
Wat zegt de wetenschap over nepnieuws?
Bitescience verzamelt voor Mediawijsheid.nl het nieuwste en belangrijkste wetenschappelijke onderzoek naar mediawijze thema’s. Én maakt dat begrijpelijk en behapbaar.
Wat kan er worden gedaan tegen nepnieuws? Er is wetenschappelijk onderzoek gedaan naar wat we kinderen en jongeren kunnen leren in het onderwijs. Én naar middelen die ingezet kunnen worden om nepberichten te factchecken (dat betekent: controleren op onwaarheden).
Werkt media-educatie tegen nepnieuws?
Onderzoek naar media-educatie in Amerika en Zweden laat zien dat mediawijsheid lessen op school goed kunnen helpen om nepnieuws te herkennen. Kinderen en jongeren leren hierbij bijvoorbeeld over wat nepnieuws is en wat de rol van sociale media is in het verspreiden ervan. Om nepnieuws te kunnen herkennen heb je vaardigheden nodig zoals het kunnen beoordelen van de nieuwsbron, de schrijver en de feiten. Daarbij is informatiegeletterdheid over nieuws, nepnieuws en sociale media erg belangrijk.
Werken factcheckers tegen nepnieuws?
Een andere manier om nepnieuws op te sporen is factchecken. Factcheckers zijn personen of algoritmes die berichten controleren op waarheid. Factchecks kunnen een goed wapen zijn tegen desinformatie, concludeerden onderzoekers in 2021.
Algoritmes bieden een goede oplossing om de grote hoeveelheid nepnieuws op sociale media het hoofd te bieden. Als een bericht (gedeeltelijk) niet waar blijkt te zijn, dan wordt de mediagebruiker daarvoor gewaarschuwd met een melding. Uit onderzoek naar de effecten van factchecken en bijbehorende meldingen blijkt dat nog niet duidelijk is of het goed werkt.
Onderzoek naar nepnieuws rondom de Amerikaanse verkiezingen in 2016 wijst uit dat factchecken goed werkt. Mensen hebben door de melding minder vertrouwen in het nepnieuwsbericht. Maar een studie van Harvard laat juist zien dat mensen – ondanks de melding dat een bericht niet waar is – toch de informatie van het nepnieuwsbericht onthouden en voor waar aannemen.
Er komen steeds meer technologische oplossingen om nepnieuws op te sporen. Maar we zijn nog niet zo ver dat computers alles kunnen controleren en mensen dat niet meer hoeven te doen. Vooralsnog is volledig automatische herkenning nog toekomstmuziek en is de menselijke herkenning hard nodig. Ook is er de vraag of een toekomst waarin dit volledig geautomatiseerd gebeurt überhaupt wenselijk is. In ieder geval is goede media-educatie belangrijk.
Tips om nepnieuws te herkennen
Uit een verzameling studies is een handige checklist voortgekomen, die door jou als mediagebruiker gebruikt kan worden, maar ook door menselijke factcheckers of computergestuurde factcheckers.
Aan deze punten kun je nepnieuws herkennen:
- Een onbekende URL (link) van de website
- Onbekende of slechte reputatie van de website of bron
- Geen bewijs dat het daadwerkelijk is gebeurd
- Een oudere datum van het mediabericht
- Een schreeuwerige kop
- Dramatisch, sturend of opruiend taalgebruik
- Een niet-journalistieke schrijfstijl
- Een ongeloofwaardige foto
» Benieuwd naar het onderzoek dat als bron is gebruikt door Bitescience? Lees de Bitefile over nepnieuws
Hoe herken je nepnieuws?
Stel jezelf deze vragen om nepnieuws beter te herkennen én met een gefundeerd weerwoord te komen:
1. Wie is de afzender van het bericht?
Bestaat deze persoon echt? Kijk bij websites altijd in de disclaimer of bij ‘over ons’.
2. Welke intentie heeft de afzender?
Waarom heeft diegene het artikel geschreven? Voor wie is het geschreven? Welke (politieke, financiële of andere) belangen heeft de afzender? Of is het bedoeld als satire?
» Een voorbeeld van Nederlandse satire is De Speld
3. Welke techniek is gebruikt?
Hoe wordt er ingespeeld op emotie, worden er zaken weggelaten, wordt er een autoriteit aangeroepen? Welk camerastandpunt wordt gebruikt? Welke beelden worden getoond met welke muziek erbij? Worden er veel hoofdletters en uitroeptekens gebruikt in een krantenkop?
» Het dossier Mediawijs met beeld biedt informatie en tips om kritisch naar beelden te kijken
4. Kun je ’t verifiëren?
Is het alleen buzz op sociale media, of zie je het ook in de meer gerespecteerde media? Gaat het om een onderzoek? Controleer dan hoe het is onderzocht. Als ze weinig mensen spreken, is de kans klein dat die meningen voor heel Nederland gelden.
» Hoe herken je betrouwbaar onderzoek? De Kennis van Nu biedt uitleg
5. Welke bron is gebruikt?
Nepberichten maken vaak gebruik van fictieve bronnen, dus kijk verder dan alleen een bronvermelding. Worden tekst en foto op dezelfde manier gebruikt als in de originele bron? Of is het bericht uit context gehaald? Is er geen link naar de bron? Gebruik dan een zoekmachine om het op te zoeken. Bij voorkeur in een anoniem venster, om je filterbubbel te omzeilen.
» Seniorweb biedt tips om een zoekmachine te gebruiken
» Voor kinderen vanaf 10 jaar biedt HoeZoMediawijs.nl tips om slim informatie te zoeken
» Veiliginternetten.nl legt uit hoe je een anoniem venster kunt openen in je browser
» Vind meer informatie en tips om je filter bubbel te omzeilen in het dossier Filterbubbel
6. Is het de hele waarheid en niets dan de waarheid?
Nepnieuws kan wel degelijk waarheden bevatten. Hoe meer waarheid er in een bericht zit, hoe overtuigender het lijkt. Controleer of een bericht de hele waarheid en niets dan de waarheid bevat.
7. Of een interpretatie van andermans waarheid?
Zelfs feiten kunnen op verschillende manieren worden geïnterpreteerd. Daarmee zijn ze nog niet fake.
8. Check ook foto’s en video’s
Bij nepnieuws wordt vaak gebruik gemaakt van een willekeurige afbeelding die min of meer het nieuws representeert. Ook kunnen beeld en geluid worden gemanipuleerd waardoor de werkelijkheid wordt verdraaid.
Met deepfake-technologie kun je beeld of geluid zo bewerken dat je iemand dingen kunt laten zeggen of doen, die hij of zij in werkelijkheid nooit gezegd of gedaan heeft. In het dossier Deepfake staan tips om dit te herkennen.
Leer (jezelf en anderen) kritisch kijken naar filmpjes op internet en stel deze vragen:
- Wat wordt er precies gezegd in de video?
- Van wie is de informatie afkomstig?
- Wie is de afzender van de video?
- Waar baseert de maker zich op?
- Welke belangen kan diegene hebben bij de video?
- Hoe kun je een bericht controleren op waarheid?
- Waar zoek je als er niets op internet is te vinden?
- Hoe zie je het verschil tussen een feit en een mening?
- Kun je informatie op internet altijd vertrouwen?
- Wat is je verantwoordelijkheid als maker van een video?
Hoe stop je nepnieuws?
Nepnieuws heeft vooral grote impact als het veel gedeeld wordt. Wie onzin herkent, moet nog steeds toezien hoe nepnieuws verder wordt verspreid. Wil je een weerwoord geven? Verdiep je dan eerst in de verscheidenheid aan opvattingen.
Stel jezelf daarom ook deze vragen:
1. Wat is jouw mening? Wat maak jij zelf op uit het nieuwsbericht?
2. Wat doe je ermee? Plaats je een reactie? Of deel je het bericht?
Ga ook aan de slag met deze tips:
- In de serious game Breaking News van Nieuws in de Klas ontdek je of er een echte journalist in je schuilt
- Leer meer over het herkennen én de werking van nepnieuws op NPO Kennis
- Hoe controleer je of nieuws echt is? Nieuws in de klas biedt een checklist om nieuws te controleren
- Leer de tactieken van nepnieuwsmakers herkennen met de serious game Slecht Nieuws van DROG. Er is ook een Engelse versie en een versie voor kinderen beschikbaar. DROG biedt ook workshops, lezingen en trainingen
- Herken nepnieuws met deze infographic van de International Federation of Library Associations and Institutions (IFLA)
- Bekijk de handige Engelstalige infographic met 10 soorten misleidend nieuws, van de European Association for Viewers’ Interests (EAVI)
- A Field Guide to Fake News and Other Information Disorders is een gids geschreven door vijftien Europese onderzoekers. Het helpt journalisten om meer kennis over nepnieuws te verzamelen
- Voor kinderen vanaf 10 jaar biedt de jeugdwebsite HoeZoMediawijs.nl een dossier over het herkennen van een nepprofiel
Nepnieuws in de klas: lesmateriaal en meer
Informatievaardigheden leren je de zin van de onzin te onderscheiden. Mensen die onvoldoende informatievaardig zijn, nemen klakkeloos dingen aan en realiseren zich onvoldoende dat informatie gekleurd kan zijn, en (bewust of onbewust) fout of verdraaid.
“Kinderen moeten op school – bij Nederlands, bij maatschappijleer, bij geschiedenis – leren praten over bronnen en de kwaliteit daarvan. Daar moet iedere leerling een soort bullshitdetector ontwikkelen.” – Remco Pijpers, specialist Jeugd en digitale media
- SMILES is een mediawijsheidsproject dat jongeren helpt om weerbaarder te worden tegen desinformatie. Bekijk de digitale toolkit met training modules en een handboek voor trainers
- Met de campagne Goed in gesprek over verkeerde informatie stimuleert Netwerk Mediawijsheid weerbaarheid tegen desinformatie. Twee educatieve websites bieden materialen voor jongvolwassenen die een opleiding volgen voor beroepen in het onderwijs, zorg en welzijn en de media én op hun docenten. Zij (gaan) werken met kwetsbare groepen waarvoor mediawijsheid en weerbaarheid tegen desinformatie extreem belangrijk zijn
- De Europese Unie biedt een toolkit voor het herkennen en bestrijden van desinformatie. Met deze toolkit kunnen leerkrachten in het middelbaar onderwijs hun leerlingen helpen om bij het surfen feit van fictie te onderscheiden
- Nieuws in de klas biedt lesmateriaal waarmee geleerd wordt kritisch te kijken naar berichtgeving, bijvoorbeeld het lespakket ‘Journalistiek als wapen tegen nepnieuws en desinformatie‘
- Met ‘Wat is waar? Nieuws!’ van De frisse blik leren leerlingen in de bovenbouw van het basisonderwijs, vmbo en havo/vwo over de totstandkoming van en beeldvorming in het nieuws door een eigen reportage te maken
- Beeld en Geluid biedt de workshop Nieuws Maken waarbij leerlingen een eigen nieuwsitem produceren en kennismaken met de ethische dilemma’s. Ook is er de masterclass Medialogica in samenwerking met omroep Human
- De creatieve videoworkshops van TMI.academy worden begeleid door studenten journalistiek. Leerlingen maken zelf een nepnieuwsvideo en leren over o.a. framing, bronnen checken en propaganda
- Mediawijs, het Vlaamse Kenniscentrum Mediawijsheid, biedt lesmateriaal over fake news
- Met de les ‘Nep of echt?’ (groep 8/brugklas) leren leerlingen hoe ze gestructureerd informatie kunnen zoeken op het internet. De les won in 2017 de Educatieve Parel
- In hoeverre zijn de media een betrouwbare gids? Medialogica in de klas brengt het gesprek hierover op gang in het vo, mbo en hbo
- Voor het mbo (niveau 1 t/m 4) ontwikkelde Codename Future het lespakket Echt Nep. Jongeren leren nepnieuws herkennen, door het ontwikkelen van online burgerschapsvaardigheden, mediawijsheid en kritische denkvaardigheden
- Met de mentorlessen over nepnieuws van Bureau Jeugd en Media leren leerlingen uit de onderbouw van het vo over onder andere de impact van nepnieuws en hun eigen rol hierin
- Met de les Nepnieuws in het lesprogramma Online Masters (module Social Master) leren kinderen aan de hand van oefenopdrachten, een checklist en een animatie om nepnieuws van echt nieuws te onderscheiden
- MaxMusic organiseert Nepnieuws Workshops voor alle leerniveaus op het voortgezet onderwijs, waarbij leerlingen zelf nieuwsitems maken met een ‘gekleurde bril’ op
- De methode ‘Zoek het uit!‘ voor havo en vwo laat leerlingen aan de slag gaan met journalistieke vaardigheden, zoals slim zoeken op internet en het onderscheiden van feiten en meningen
- Beeld en Geluid organiseert workshops over nepnieuws voor leerlingen op het vo en mbo, gebaseerd op de methode van DROG. Leerlingen maken kennis met de mechanismen en technieken door zelf nepnieuws te maken en verspreiden
- Fontys onderhoudt en actualiseert een collectie leermateriaal rond het thema desinformatie. Op Wikiwijs vindt je overzichten voor zowel het PO als het VO
» Bekijk ook het dossier Lesmateriaal
» Ga aan de slag met informatievaardigheden
» Meer over hoe media de werkelijkheid kleuren
Wat wordt er gedaan tegen nepnieuws?
In Nederland én daarbuiten houden diverse partijen zich bezig met (het bestrijden van) nepnieuws. Zij hebben een lastige taak. Want wanneer is het verwijderen van nepnieuws in strijd met de vrijheid van meningsuiting? En wat maakt een bron precies (on)betrouwbaar?
- Op Stellingchecker worden politieke uitspraken gecheckt met behulp van crowdsourcing
- Dokter Media geeft uitleg en extra informatie bij medische nieuwsberichten
- Op de Facebookpagina Hoaxmelding die door vrijwilligers wordt beheerd, kunnen mensen meldingen maken van wat ze verdenken nepnieuws te zijn
- De Volkskrant Klopt dit Wel?, NRC Checkt en NUcheckt gaan op zoek naar (on)waarheden in het nieuws
- Nieuwscheckers is een project van de Universiteit Leiden. Studenten journalistiek checken (online) nieuwsberichten: Kloppen de cijfers? Is het echt zo gezegd? En blijkt die bewering heus uit gedegen onderzoek?
- Het onderzoekscollectief Bellingcat onthult nepnieuws met informatie uit openbare internetbronnen zoals YouTtube, sociale media en Google Earth. Deze manier van werken staat inmiddels bekend als de ‘Bellingcat-methode
- De Europese Commissie heeft een actieplan tegen nepnieuws. Hieronder valt de website EU vs Disinfo die nepnieuwslijsten bijhoudt. Ook moeten Facebook, Google en Twitter maandelijks rapporteren over desinformatie en komt er een alert-systeem om nationale autoriteiten te waarschuwen
- In Nederland lanceerde het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een bewustwordingscampagne tegen nepnieuws: ‘Blijf nieuwsgierig. Blijf kritisch.‘ Deze campagne is onderdeel van een brede aanpak om mediawijsheid van Nederlanders te bevorderen. Ook gaf het ministerie Netwerk Mediawijsheid opdracht om de website isdatechtzo.nl te ontwikkelen.
- Het Poynter Institute brengt anti-nepnieuwsmaatregelen van verschillende landen in kaart
- Sociale mediabedrijven bestrijden ook zelf nepnieuws. Zo gebruikt Facebook een combinatie van menselijke moderators en kunstmatige intelligentie om te zoeken naar nepnieuws
- Onder andere Twitter en Instagram verwijderen regelmatig nepaccounts waarmee nepnieuws wordt verspreid
- Bedrijven zoals Twitter, Google en Facebook hebben een eigen gedragscode ondertekend
- Sociale mediabedrijven werken aan manieren waarop gebruikers zelf nepnieuws of nepaccounts kunnen aanwijzen
Veelgestelde vragen
Doxing, misschien heb je dit woord wel eens voorbij zien komen. Vaak gaat het over politici, journalisten of opiniemakers die ‘gedoxt’ worden. Maar wat is het precies?
Doxing is een samenvoeging van de Engelse woorden ‘dropping dox’, wat zoveel betekent als ‘documenten publiceren’. Het komt erop neer dat iemand met kwade bedoelingen persoonlijke informatie van jou deelt. Bijvoorbeeld je adres, of je telefoonnummer.
Deze informatie kan uit allerlei (openbare) bronnen komen. Je telefoonnummer staat misschien op de website van je werkgever. Of je hebt een eigen bedrijf, waardoor je adres zonder al te veel moeite op te sporen is. Bij doxing onthullen de daders persoonlijke of vertrouwelijke gegevens niet zomaar. Vaak is het doel iemand intimideren en gebeurt dat met een vooropgezet plan. Door bijvoorbeeld het privéadres van iemand bekend te maken, wil de dader zijn doelwit angst aanjagen. ‘Ik weet waar je woont, dus pas op je woorden’.
Tips om doxing tegen te gaan
Met de volgende tips verklein je de kans om slachtoffer te worden:
- Zorg dat je je wachtwoorden geheim houdt en op een veilige plek bewaart
- Controleer regelmatig of je contact- of adresgegevens makkelijk te vinden zijn. Wees ook terughoudend met het delen van deze informatie.
- Ga na wie jouw gegevens op sociale media kunnen zien. Staat je profiel op openbaar of privé? Dit kun je instellen via de privacyinstellingen.
Lees meer:
- In dit uitgebreide artikel gaat netwerkpartner VPNgids.nl uitgebreid in op (de gevolgen van) doxing.
- Ook bij netwerkpartner Kliksafe.nl lees je meer over (voorbeelden van) doxing
- In dit bericht wordt uitgelegd waarom doxing binnenkort strafbaar wordt
- Meer tips over veilig internetten lees je in ons dossier
Op internet kan iedereen nieuws maken en informatie delen. Hierdoor lijkt het steeds lastiger om betrouwbare informatie te vinden. Hoe zorg je ervoor dat je toch goed geïnformeerd wordt? Bijvoorbeeld als je naar de stembus gaat? Daarvoor hebben we vrije pers nodig. Journalisten die de dingen onafhankelijk uitzoeken en controleren. Maar wat is persvrijheid precies?
Kort samengevat betekent persvrijheid dat de overheid zich in Nederland niet van tevoren mag bemoeien met wat mensen zeggen of schrijven. Of dit nou in een krant is, op sociale media, of op radio of tv.
Je mag hier dus zeggen en schrijven wat je wil zonder dat je hier van tevoren toestemming voor hoeft te vragen én zolang wat je publiceert niet in strijd is met de wet. Als je een boodschap verspreidt die bijvoorbeeld aanzet tot haat, of discriminatie, kun je hiervoor vervolgd worden.
Persvrijheid is een onderdeel van de vrijheid van meningsuiting. In Nederland is de persvrijheid vastgelegd in de Grondwet.
Waar zorgt persvrijheid voor?
Persvrijheid zorgt ervoor dat journalisten zonder angst hun werk kunnen doen en informatie boven tafel kunnen krijgen over bijvoorbeeld het functioneren van de overheid, bedrijven of de rechtspraak.
Het is goed om te weten dat burgers recht hebben op informatie. Dit zorgt er immers voor dat ze goed geïnformeerde keuzes kunnen maken. Bijvoorbeeld over op welke politicus je wilt stemmen. Van welke bedrijven ze wel of geen producten willen kopen. Of over ze wel of niet willen meelopen in een demonstratie.
Op het moment dat persvrijheid afneemt, of helemaal verdwijnt, krijgen burgers minder of helemaal geen juiste informatie meer. Het wordt op die manier een stuk makkelijker voor bijvoorbeeld een overheid om zijn eigen ‘waarheid’ aan burgers te vertellen.
Een voorbeeld. Stel je voor dat onze regering een wet wil invoeren die het bespioneren van burgers een stuk makkelijker maakt. De regering moet dan met argumenten komen waarom dat nodig is om burgers te overtuigen. Onafhankelijke journalisten kunnen die argumenten controleren. Kloppen de onderzoeken wel waar de regering zich op baseert? En worden er geen grote nadelen verzwegen?
Als blijkt dat er iets niet klopt, wordt dit gepubliceerd. Jij kunt vervolgens aan de slag met die informatie. Een petitie tekenen, demonstreren of simpelweg op een andere partij stemmen bij de eerstvolgende verkiezingen.
In een land waar de overheid de media onder controle heeft, zal het verhaal van die overheid nooit in twijfel worden getrokken in de krant, of op radio of tv. Burgers komen dus niet te weten dat er iets niet in de haak is.
Hoe gaat het met de persvrijheid in Nederland?
Op dit moment staat de persvrijheid in Nederland onder druk. Ieder jaar publiceert Verslaggevers Zonder Grenzen (VZG) een index waarop wordt bijgehouden hoe het in alle landen ter wereld is gesteld met de persvrijheid. Nederland was hier traditioneel in de top 10 en zelfs vaak in de top 5 van meest persvrije landen te vinden. Maar in 2022 duikelde Nederland naar plek 28. Een jaar later verbeterde de situatie gelukkig en steeg Nederland weer naar plek zes. Maar er blijven zorgen bestaan om, met name, de veiligheid van journalisten in Nederland.
Hoe komt dit?
VZG wijst verschillende oorzaken aan. De moord op misdaadjournalist Peter R. de Vries en de bedreiging van andere (misdaad)journalisten door criminelen is er één van. Maar ook het feit dat overheid het werk van journalisten lastig maakt door slecht met WoB-verzoeken om te springen speelt mee. Daarnaast stelt VZG dat het beschermen van journalistieke bronnen wordt bemoeilijkt doordat opsporingsdiensten meer afluister-bevoegdheden krijgen.
Naar aanleiding van de daling in de VZG-index maakte PowNews deze reportage:
Maar ook de toenemende polarisatie speelt een belangrijke rol in de groeiende onveiligheid voor journalisten. Journalisten en journalistieke organisaties worden bijvoorbeeld actief zwart gemaakt door politici. Journalisten worden vaker fysiek belaagd. En online wordt journalisten het werk lastig gemaakt door trollen die, bijvoorbeeld, complotten verspreiden over dat journalisten nepnieuws maken. Vooral vrouwelijke journalisten en journalisten met een niet-westerse achtergrond hebben veel last van online intimidatie, zoals doxing.
Waar lees ik meer over persvrijheid?
- NPO Kennis schreef deze longread over het belang van persvrijheid
- Het belang van persvrijheid volgens branche-organisatie NPD Nieuwsmedia
- Dit doet de overheid om persvrijheid te beschermen. En deze extra maatregelen moeten de veiligheid van journalisten vergroten.
- Hoe verhouden persvrijheid, vrijheid van meningsuiting en recht op informatie zich tot elkaar? Lees het dossier van Amnesty International
- Meer over persvrijheid in Nederland bij de NVJ
- Met de serious game Breaking News van Nieuws in de Klas leer je meer over (de werking van) journalistiek
Nepnieuws en desinformatie kunnen stemgedrag bij verkiezingen beïnvloeden. Ook bij de Europese Parlementsverkiezingen op 6 juni is dat een risico. Wat wordt er gedaan tegen nepnieuws? En hoe zorg je zelf dat je nepnieuws herkent?
Wat doet de overheid?
Eind 2020 kwam minister Kajsa Ollongren met maatregelen om desinformatie in aanloop naar verkiezingen aan te pakken. Deze maatregelen zijn inmiddels doorgevoerd:
- Er is een gedragscode voor politieke advertenties gekomen
- Er wordt vanuit de Rijksoverheid strenger gecontroleerd op desinformatie
- De website isdatechtzo.nl is opgericht om professionele stakeholders en het algemene publiek te informeren over desinformatie
Wat doen techbedrijven?
Al jaren wordt er desinformatie verspreid rond verkiezingen. Platformen zoals Facebook zeggen veiligheidsmaatregelen te nemen voor verkiezingen wereldwijd. Zo controleren ze op nep-accounts, verwijderen ze pagina’s en groepen die het publieke debat willen manipuleren en werken ze samen met factcheckorganisaties die content bekijken en beoordelen.
Wat kan je zelf doen?
Kijk jij kritisch naar berichten over politiek? Met deze tips blijf je de baas over je eigen mening:
- Op isdatechtzo.nl/verkiezingen krijg je tips om berichten op waarheid te controleren en leer je meer over de werking van nepnieuws.
- Bekijk deze video over de risico’s van desinformatie en informatiemanipulatie
- Volg factcheckers die berichten over de verkiezingen controleren op onwaarheden, zoals Nieuwscheckers
- Kijk de prebunkvideo’s van Pointer over drie actuele thema’s omtrent de Europese verkiezingen
- Met de serious game Harmony Square van DROG ontdek je hoe politieke desinformatie op sociale media verspreid wordt
- In het dossier Nepnieuws vind je informatie over nepnieuws en tips voor in de klas
Websites zoals Google en Facebook gebruiken algoritmes om te bepalen welk nieuws je ziet en welke zoekresultaten je krijgt. Als jij iets een ‘like’ geeft, een reactie plaatst of deelt, weet Facebook dat jij dit leuk vindt. Je krijgt dan de volgende keer dezelfde soort dingen te zien. Dat betekent ook dat je bepaalde dingen niet te zien krijgt. Algoritmes bepalen dus deels wat wij zien, weten, geloven en vinden.
Op die manier ontwikkelen we allemaal onze eigen filterbubbel; je krijgt bevestigd wat je al wist. Het gevaar om je op eenzijdige bronnen te baseren, is dat je een onvoldoende kritische houding ontwikkelt en makkelijker beïnvloedbaar bent. Terwijl het, met name voor kinderen, juist erg belangrijk om zo’n kritische houding te ontwikkelen.
Algoritmes zien geen verschil tussen feit en fictie. Als er vaak op een bericht wordt geklikt, wordt het ook vaker getoond in Facebook of Google.
» Uit onderzoek blijkt dat algoritmes achter YouTube kunnen leiden tot (rechtse) radicalisering
» Meer over algoritmes in de video hiernaast van NOS op 3
» Meer over de filterbubbel
Om nepnieuws te verspreiden worden vaak nepaccounts ingezet. Dat gebeurt bijvoorbeeld in verkiezingstijd. Je hoort dan in het nieuws over ‘bots’ of ’trollenlegers’ die de publieke opinie beïnvloeden. Deze trollen en bots zorgen ervoor dat nepnieuws snel op grote schaal verspreid kan worden.
Wat is een social bot?
Een social bot vind je vooral op Twitter. Het is een sociale media-account dat niet door een persoon, maar door een algoritme wordt bestuurd. Zo’n bot deelt en hergebruikt bestaande berichten. Bijvoorbeeld op basis van bepaalde onderwerpen en hashtags.
Met een botnet kan dit op grotere schaal. Dan worden meerdere nepaccounts aangestuurd door een persoon of groep. Een onderwerp of bericht kan veel populairder lijken dan het in werkelijkheid is, doordat het heel veel gedeeld wordt. Botnets beïnvloeden zo de publieke opinie. Je gelooft sneller dat iets belangrijk of waar is, als iets veel likes heeft of veel gedeeld wordt.
Wat is een internettrol?
Een internettrol is wel een echt persoon, vaak met een verzonnen naam. Dit zijn mensen die het leuk vinden om extreme standpunten op internet te plaatsen, om anderen te shockeren of beledigen. Trollen verspreiden vaak nepnieuws en beïnvloeden de publieke opinie. Zo zette een Nederlandse zanger een ’trollenleger’ in om populairder te lijken.
Trollen kunnen ook botnets inzetten om hun (nep)berichten te verspreiden en extra populair te maken.
In deze video van Isdatechtzo.nl wordt uitgelegd wat een trol precies is:
Gekleurde informatie ontstaat door:
- Drijfveer van de journalist en/of mediamaker – Media hebben een belangrijke maatschappelijke functie: het informeren van de bevolking, het controleren van de machthebbende en het leveren van commentaar bij het nieuws. Maar NRC brengt ander nieuws dan De Telegraaf. En PowNed maakt programma’s vanuit een andere drijfveer dan de VPRO.
- Het recht om vergeten te worden – Sinds 2014 hebben inwoners van de Europese Unie het recht om online vergeten te worden. Zij kunnen bij zoekmachines als Google een verzoek indienen om bepaalde links met persoonlijke informatie te laten verwijderen. Dat levert gefilterde informatie op.
- Filterbubbel – De filterbubbel is het verschijnsel waarbij websites en zoekmachines hun resultaten afstemmen op jouw (eerdere) online zoekgedrag. Ze laten daarbij andere informatie buiten beschouwing.
- (Zelf)censuur – Censuur is je macht gebruiken om informatie achter te houden of vrije expressie aan banden te leggen.
Het is begin maart 2020. Nederland maakt nét kennis met het coronavirus en er is nog veel onduidelijk over hoe gevaarlijk Covid-19 precies is. Via Twitter verspreidt het account ‘@coronanederland’ het nieuws dat er in een Brabants ziekenhuis 9 patiënten aan corona zijn overleden.
Al snel blijkt dat hier sprake is van nepnieuws. Het ziekenhuis is de hele dag bezig om het nepnieuws te weerleggen en overweegt aangifte te doen. Oplettende socialmediagebruikers ontdekken al snel dat de mensen achter het account waarschijnlijk uit zijn op geld en eerder voor woekerprijzen mondkapjes verkochten.
In dit geval was gelukkig snel duidelijk dat het ging om nepnieuws. Maar dit voorbeeld laat wel duidelijk zien hoe kwaadaardig nepnieuws kan zijn. Het ziekenhuis, waar op dat moment echt wel betere dingen te doen waren, was de hele dag druk met dit fake-bericht. En dat allemaal omdat mensen hoopten geld te kunnen verdienen met hun nepberichten.
Context collapse betekent letterlijk ‘de ineenstorting van context’ en houdt in dat verschillende contexten door elkaar heen lopen en in elkaar grijpen. In het digitale tijdperk vloeien verschillende werelden steeds makkelijker in elkaar over. Zo vervagen de grenzen tussen verschillende domeinen, bijvoorbeeld tussen werk en privé. Denk aan Twitter en Facebook: door deze sociale media vindt ons leven niet alleen meer plaats in de werkelijkheid waar we ons op dat moment bevinden en met wie we op dat moment praten, maar ook in andere (virtuele) contexten met andere (virtuele) mensen. Hierdoor kunnen we de wereld op een andere manier begrijpen en ervaren.
Meer weten?
- Het dossier Nepnieuws van Mediawijs.be
- Technologisch burgerschap als wapen tegen misleidende informatie – Rathenau Instituut
- Ben jij bestand tegen nepnieuws? – NPO Focus
- Hoe groot is het gevaar van nepnieuws voor kiezers? – Trouw
- Vooral ouderen delen nepnieuws via Facebook – NRC
- Zo vaccineer je mensen tegen nepnieuws – NOS
- Waar is wat klikt – De Correspondent
- Nepnieuws en sociale media als wapen in politieke campagnes – NOS
- Waarom objectieve journalistiek misleidend en gevaarlijk is – De Correspondent
- Geen grote rol nepnieuws in aanloop naar verkiezingen – NRC
- Fake news – an optimistic take – Rasmus Kleisnielsen
- International Fact-Checking Network: fact-checkers’ code of principles – Poynter
- Nederland onvoldoende voorbereid op manipulatie van online nieuws – Rathenau Instituut
- Hoe houd je bots, trollen en botnets uit elkaar? (Engels) – Global Investigative Journalism Network
- Journalism, ‘Fake News’ & Disinformation – UNESDOC
- Miljoenen Nederlanders liken en delen pulpnieuws op Facebook (Universiteit Leiden, 2019)
- Fakenieuws en Facebook: Nieuwswijsheid van Vlaamse jongeren onderzocht (Arteveldehogeschool Gent, 2018)
- Digitalisering van het nieuws (Rathenau Instituut, 2018)
- Nederlanders en nieuws. Gebruik van nieuwsmedia via oude en nieuwe kanalen (SCP, 2017)
Bekijk ook de artikelen die door EenVandaag en Numrush over het onderzoek werden gepubliceerd - Wie weet nog wat er waar is? (I&O Research in opdracht van de Volkskrant, 2017)
Meer weten over nepnieuws en informatievaardigheden? Kijk dan eens op onderstaande websites: